Na de NEN-EN-14470-1 nu ook de NEN-EN-14470-2.
Sinds juli 2006 geldt de nieuwe norm NEN‑EN‑14470‑2 voor brandwerende kasten bestemd voor persgasflessen. Daarmee komt er een duidelijke standaard voor de veilige opslag van gasflessen, naast de bekende norm NEN‑EN‑14470‑1 voor vloeistoffen. In dit artikel leggen we uit wat de verschillen zijn, wat het betekent voor bedrijven en waar u op moet letten bij aanschaf of inschakeling van veiligheidsoplossingen.
Wat hield NEN‑EN‑14470‑1 in en waar lag de behoefte voor 2?
Bij gasflessen is het risico anders: het ventiel, met name de rubber O‑ring, vormt bij brand een kwetsbaar onderdeel. Verhitting kan ertoe leiden dat het gas ongecontroleerd ontsnapt, wat levensgevaar oplevert. De norm EN‑14470‑2 pakt precies dat aspect aan met strengere temperatuurlimieten op specifieke meetpunten.
In normale veiligheidskasten ligt de grens voor temperatuurstijging op 180 K boven de starttemperatuur (tussen 15–25 °C). Maar bij gasflessen wordt specifiek gekeken naar het ventiel: dit mag maximaal met 50 K stijgen om de O‑ring niet te beschadigen.
Nieuwe norm voor gasflessen: wat is gewijzigd?
| Aspect | Verandering onder NEN‑EN‑14470‑2 | Praktische consequentie |
|---|---|---|
| Meetpunt & kritieke temperatuur | Ventiel (O‑ring) van flessen wordt specifiek bewaakt | Minder hittebelasting op het ventiel is vereist |
| Brandwerendheidsklassen | Classificatie G15 tot G90 (duur van bescherming) | Kasten moeten getest worden op die klasses |
| Ventilatie & luchtsluizen | Automatische afsluiters bij brand, effectieve luchttoevoer | Gasophoping in de kast wordt voorkomen |
| Toepassingsbereik | Kasten tot totaal 220 l cilindervolume | Maximale inhoudsgrenzen gelden per kast |
Waarom is dit belangrijk onder PGS‑15?
Tot dusver werd gasopslag in de praktijk vaak onderbelicht, terwijl de risico’s aanzienlijk zijn. Nu met de norm EN‑14470‑2 is er een solide technische standaard die kan worden afgestemd met PGS‑15‑voorschriften. Laboratoria en bedrijven die met gevaarlijke gassen werken, kunnen hiermee hun veiligheidsniveau verhogen. De maatregelen zijn vooral relevant voor gassen die brand bevorderen, zuurstof verdringen of giftig zijn.
Overgangsperiode & huidige status
Hoewel de norm al sinds 2006 bestaat, is er bewust een ruime overgangsperiode ingesteld. Daardoor blijven veel bestaande installaties nog als “toegelaten” beschouwd, mits they voldoen aan de basisvereisten.
Ons assortiment veiligheidskasten voor gascilinderopslag wordt momenteel getest op EN‑14470‑2‑brandwerendheid. Zo kunnen wij garanderen dat bij levering aan de nieuwste normen is voldaan. Aanschaffen onder de oude richtlijnen (zoals DIN 12.925‑2) is nog toegestaan, zolang de kast tijdens de overgangsperiode voldoet aan de gestelde criteria.
Praktisch advies & aandachtspunten
- Vraag altijd certificering en testdocumentatie van leveranciers (type, klasse, ventilatie).
- Let op de classificatie (G15, G30, G60, G90) en kies de juiste klasse bij uw risico’s.
- Controleer dat automatische kleppen en ventilatiesluizen goed functioneren.
- Zorg dat de kast in uw PGS‑15‑veiligheidsplan is geïntegreerd.
Voldoet uw huidige kast?
De norm NEN‑EN‑14470‑2 bouwt voort op de standaard voor vloeistofopslag (14470‑1), maar richt zich specifiek op de kwetsbaarheid van gascilinders. Met strengere controle op ventieltemperaturen en relevante klassen zoals G15‑G90 is gasopslag veiliger te maken.
Wilt u weten of uw huidige kast voldoet? Of zoekt u advies bij een upgrade of implementatie binnen uw bedrijf? Neem dan gerust contact op met De Milieu Concurrent. Wij denken met u mee en zorgen dat uw gasopslag voldoet aan zowel norm als praktijk.
